Algemeen
De kasspintmijt (Tetranychus urticae) is een plaag die over de hele wereld op veel gewassen wordt aangetroffen. Ondanks hun kleine formaat kunnen ze door hun grote voortplantingscapaciteit in korte tijd enorm veel schade aanrichten. Wereldwijd zijn er meer dan 1200 soorten, waarvan er veel regelmatig schade toebrengen in de land- en tuinbouw. Kasspint (Tetranychus urticae) is verreweg de belangrijkste plaagsoort in de kas en vele buitenteelten.
Levenscyclus en uiterlijk van spintmijt
De kasspintmijt (Tetranychus urticae) doorloopt de volgende ontwikkelingsstadia: ei, larve, protonimf, deutonimf en adult. Bij het larvenstadium en de twee nimfenstadia is een actieve en een rustperiode te onderscheiden, die beide ongeveer even lang duren. De eieren bevinden zich meestal aan de onderkant van de bladeren. Het lichaam van de kaspintmijt is ovaal en aan de achterkant afgerond. De kleur varieert van oranje, lichtgeel of lichtgroen tot donkergroen, rood, bruin of bijna zwart.
Schadebeelden
Zowel larven, nimfen als adulten veroorzaken schade aan de plant doordat ze zich met plantensappen voeden. Ze bevinden zich voornamelijk aan de onderzijde van de bladeren, waar ze de plantencellen aanprikken en leegzuigen. Deze cellen kleuren dan geel en bij veel planten is de spintaantasting aan de bovenkant van de bladeren te zien als kleine, gele puntjes. De schade aan de cellen leidt tot een afname van de fotosynthese en een toename van de transpiratie. De groei van de plant neemt af. Op een gegeven moment worden bladeren volledig geel. Naarmate er meer celsap wordt geconsumeerd, kan het blad en uiteindelijk de hele plant afsterven. Als bij tomaat en komkommer slechts ongeveer 30% van het bladoppervlak beschadigd is, kunnen er al oogstverliezen optreden. Ook produceren de nimfen en de adulten spinsel. Bij grote aantallen spintmijt raken de planten zelfs volledig bedekt met webben waarin het kan krioelen van de mijten. De vlekjes op de bladeren en de webben veroorzaken schade aan het uiterlijk van de gewassen. Dit vormt met name een probleem in de sierteelt.