Categorie: Artikel
Publicatiedatum: november 19, 2020

Nematoden nieuwe troef tegen rupsen

Nematoden nieuwe troef tegen rupsen

Van oudsher zijn parasitaire aaltjes een belangrijk hulpmiddel tegen bodemplagen. Ze blijken echter ook heel effectief bij toepassing op het blad. De aaltjes pakken rupsen en andere insectenlarven aan, zelfs in situaties waar andere methoden niet meer werken.

Parasitaire aaltjes (nematoden) zijn zo klein dat ze rupsen en larven kunnen binnendringen. Ze komen van nature in de grond voor. Het was dan ook logisch om ze eerst in te zetten tegen plagen die in de bodem voorkomen. “Dat doen we al sinds 1985. Ze zijn heel geschikt om engerlingen, emelten, larven van taxuskever en sciara, en poppen van trips aan te pakken”, vertelt accountmanager Arno van der Zwan.

Hoe is het dan gelukt om zulke bodemgebonden organismen om te scholen voor de inzet op het blad? Van der Zwan: “Het komt neer op drie woorden: testen, testen, testen. Uitzoeken welke soorten aaltjes geschikt zijn. Uitproberen wat de juiste omstandigheden zijn. Steeds betere formuleringen testen. Bekijken welke aanpak het beste past bij welke plaag.”

Samenspel aaltjes en bacteriën

In veel gewassen nemen de problemen met rupsen toe. Denk bijvoorbeeld aan Tuta absoluta, maar ook aan de eikenprocessierups. De parasitaire nematoden zijn niet kieskeurig. “De aanpak werkt bij alle ‘soft body insects”, vertelt hij.

Dit zijn alle insecten die een stadium hebben (rups of larve) waar het aaltje kan binnendringen via de natuurlijke openingen. Eenmaal binnen de gastheer laten de aaltjes bacteriën los, die het vuile werk doen. Ze vergiftigen en doden de rups of larve, waarna ze het weefsel oplossen tot een papje. Dat dient weer als voedsel voor de aaltjes. Ze groeien samen verder, planten zich voort en verlaten de inmiddels dode rups, op zoek naar nieuwe slachtoffers.

Juiste omstandigheden

De aaltjes kunnen enkele dagen in leven blijven op het blad. Al die tijd zoeken ze naar rupsen of larven. “Je moet wel een beetje vriendelijk voor ze zijn. Ze houden van vochtige omstandigheden en een temperatuur tussen 8 en 25° C. Tussen de bladeren is het microklimaat meestal wel vochtig genoeg. Verder is het belangrijk dat je het blad goed bedekt, door toepassing van uitvloeiers en hechters. ’s Avonds spuiten bij weinig instraling geeft het beste resultaat. Op het Koppert YouTube-kanaal staan onze video’s die precies laten zien wat je moet doen”, vertelt de accountmanager.

IPM en aaltjes

Parasitaire aaltjes passen goed binnen een systeem van geïntegreerde bestrijding. De eerste telers hebben inmiddels goede ervaringen met inzet tegen hardnekkige plagen, zoals rupsen. Ook nimfen van wantsen zoals Nesidiocoris kun je ermee aanpakken. “Je moet wel een beetje oppassen dat ze niet ook bijvoorbeeld de larven van de gaasvlieg aanpakken. Maar het blijkt dat zulke nevenschade nauwelijks voorkomt als je er rekening mee houdt door gefaseerde inzet van de verschillende bestrijders”, geeft Van der Zwan aan.

Ook belangrijk om te weten, is dat de aaltjes veilig zijn voor mensen. Een ander voordeel is dat de nematoden relatief goed tegen chemische middelen kunnen, zodat de inzet van integreerbare middelen altijd mogelijk is. Bij twijfel: raadpleeg de Koppert Neveneffecten app.

Entonem en Capsanem

Koppert heeft twee producten met twee verschillende soorten voor bladtoepassing. Dat zijn Entonem met het aaltje Steinernema feltiae en Capsanem met S. carpocapsae. Onder de 15° C is Entonem de beste keuze, bij hogere temperaturen is dat Capsanem.